EGYPTE

Donderdag 26 Oktober 2000 was het zover, Egypte was het reisdoel. Farao Huggersamon wist voor het vertrek hoe mensen zoals Mohammed Ali en Prins Claus zich moeten voelen. Gelukkig was er de persoonlijke coach Desert Queen ook nog, hoewel ze bijna zelf besmet werd met het virus. De vuurdoop die om 15.10 uur startte verliep echter vlekkeloos. Zelfs de reputatie van slapen werd geheel waargemaakt. Nauwelijks vier uur en drie kwartier later stonden het gezelschap in de loods van Luxor; het bleek de aankomsthal te zijn. Na een rits plichtplegingen van visa en koffers mocht het heugelijke feit van de aankomst het plezier nog wat opvijzelen. Desert Queen had Anneke weer als tourleader... en Huggersamon had er bijna geen meer!

De eerste dag begon heel vroeg. Om zes uur 's ochtends werd in de bus gestapt om naar de kolossen van Memnon te rijden. Daarna naar de Vallei van de Koningen. Na Ramses VI gingen beide hoogheden op audiëntie bij Farao Toetankhamon. Eén doel was in ieder geval bereikt. Wat nog meer? Hatsjepsoet tempel, de albastenfabriek Imhotep en de Vallei van de Koninginnen met ook hier weer een erebezoek aan het graf van ben de naam weer vergeten Waset. Jammer dat Nefertari toen al kansloos bleek. De pot was overlopen en het was goed dat we naar de boot Crown Prince, onze TITANIC, terug mochten keren. Niet lang daarna voeren we verder met als doel Esna voor de volgende morgen.

Zo gezegd zo gedaan, zaterdag was inderdaad Esna al vroeg aan de beurt. In de laaggelegen en goedbewaard gebleven tempel was er niet zoveel aan de hand maar het straatje terug naar de boot lopen was een heel karwei. Op verschillende plaatsen werden we naar binnen geloodst en kwamen we niet met lege handen naar buiten; blouses en yalabia's rijker keerden we terug. Daarna voeren we verder naar de Horus tempel van Edfu. Maar om daar te komen moesten we wel met de koets. Mustafa wilde wel eerst even US$ 100,= hebben als fooi. Maar wij gaven geen krimp en de conversatie verliep lekker zonder Mustafa. De indrukwekkende en schitterende tempel van Horus was geweldig en daarom kon een foto niet uitblijven met mijn held en als echte toerist hebben we voor het nageslacht een vreselijke foto geproduceerd. 's Avonds waren we in lokale kledij op ons best. De yalabia-avond was leuk; de vier yalabia's met Arafat hadden het leuk. Ondertussen was de afvaart naar Kom-Ombo ingezet en dat leverde nog even Titanic taferelen op met Farao Huggersamon. Alleen in de absolute duisternis bleek dat er maar één persoon stond, in plaats van de gebruikelijke twee.

Kom-Ombo was het zoveelste hoogtepunt en een perfecte gelegenheid om nog maar eens die Amerikanen uit te lachen om hun nieuwe uitvinding; de baarkruk. Hoewel 'Big mama' wist te vertellen dat dit een voormalig ziekenhuis geweest moest zijn, verdenk ik ze er toch van dat deze tempel niets meer en minder was dan een zwarte handel in krokodillen lederen tasjes of zo. Waarom liggen daar de krokoos nog steeds voor het oprapen? Leuk waren ook de doodskisten voor de edelen. Zie je? Weer een aanwijzing om hun smokkelwaar in te vervoeren. 's Middags, in Aswan, kwamen eerst de dammen van Nasser aan de beurt. Gelukkig overleefde Huggersamon dat, dat was namelijk de enige plek waar nog echt krokodillen voorkwamen. Daarna werden we ingescheept in een klein bootje om af te varen naar Philae tempel. De schitterende Isis-tempel ligt op een idilisch eiland bij het eerste cataract in de buurt. Na de rustgevende omgeving van de tempel bromden we naar de Babiruswinkel. Babirus is een soort babier dat je in heel Egypte tegenkomt. Waar de farao op slag verliefd werd op het babier, werd de queen plots tot lesbisch gedoopt. Om een tegenaanval te openen werd als decor de onvoltooide obilisk gekozen. This fine piece of unfinished art leverde "de adel" nogal wat spraakproblemen op, of liever gezegd, hoe schrijf je het?

Tour Aswan ging de volgende ochtend verder met een faluca tocht over de Nijl. Op Kitchener-island liepen echt zielige poesjes rond. En dan bedoel ik niet "de adel" met hun kortzichtige opmerkingen. Ze moeten gedacht hebben dat de muren geen oren hadden omdat er geen muren stonden. Gelukkig is Huggersamon niet doof... en Desert Queen geen dom wicht. Na de babbel en wat foto's met Marjolein gingen we naar het Nubische dorp. De huizen waren van modder gemaakt, het water had bilharsia en de gids leek wel melaats maar dat maakte de ervaring er niet minder indrukwekkend om. Na wat munt-thee en wat water gepijpt te hebben moesten we terug naar de boot waar wat zeebenen klaar lagen voor ons Faraootje. En dat terwijl Arafat afscheid zou gaan nemen. Natuurlijk ook Irma, Erik en Theo vertrokken om de piramides onveilig te maken. Als troost gingen de staathoofden Huggersamon en Desert Queen maar een potje thee drinken bij het Old Cataract met Anneke. En gelukkig hadden we haar bij ons want we mochten er niet in. Pas toen ze duidelijk wist te maken in het Arabisch wie wij wel niet waren gingen de poorten open. Met een schitterend uitzicht op Elefantine-island was het echt genieten. Een moord op de Nijl hebben we niet gezien hoewel het wel in de lucht hing. Nog enigszins beduusd van de middag moest er ineens 's avonds haast gezet worden achter het vertrek naar de sound en light van Philae. Ondanks Desert Queen haalden we nog bijna het begin. Alleen al de vaart naar het eiland was een site-to-see. Een schitterende hemel met ontelbare sterren, een tempel als een sprookje. Met kippevel op de tanden was het geweldig. Maar het werd steeds drukker en drukker, en er moest steeds meer plaats gemaakt worden. Daarna moesten er nummertjes getrokken worden, alles om beurten. Eten was niet eens meer nodig, het faraootje zat vol. Desert Queen kwam als geroepen. Hoewel "de adel" zich waarschijnlijk doodgeschrokken is.

Net als de vrije dag eigenlijk. Dinsdag was al een rustdag in de Tour en daarom ook maar niets gedaan. Alleen maar varen en varen langs Kom-Ombo, Edfu en Esna. Luxor was het doel. Schutten of niet. Ook maar even een tentoonstelling van de schatten gemaakt die als trofee mee naar het ijskoude kikkerlandje moesten. Gelukkig dat Marjolein het tenminste nog wel weet!

De laatste hele dag op Egyptische bodem, Luxor was aan de beurt. Eerst Luxor tempel, geweldig groot. En hier lagen dan de langverwachte hoop oude stenen. Uhm, en ze waren van Toethmoses III. Mama poseerde nog even zonder buikje en zal trots wezen. Daarna kwam het zoveelste hoogtepunt, maar dan ook echt hoog. De hypostyle is dat namelijk echt, heel hoog. Bij Ramses III nog even van een zegening van een Ankh genoten, waar dextro's allemaal niet goed voor zijn. Wat een indrukwekkende aangelegenheid dit ook weer was. En de geitjes natuurlijk. Maar die zagen het wel heel erg zwart-wit. Als laatste avond hadden we opnieuw gekozen voor de sound and light, ditmaal van Karnak. Moeten wij nu gelukkig zeggen dat die slome Italianen geen engels kennen? Nou ja, als er dat niet was, was er in ieder geval nog de jeugddiscotheek om voor het aantal decibellen te zorgen. De maan hield het dan ook snel voor gezien. Gelukkig kwamen we zonder kleerscheuren alles door en keerden we voor de laatste maal terug naar de boot waar we afscheid namen van Marjolein die vroeg op moest om naar Hurgada te vertrekken. Weer een afscheid, en dat terwijl dat voor ons ook nog weggelegd was.

Als laatste der mohikanen vertrokken de laatste twee personen van de groep van de boot om 15:00. En waarschijnlijk ook als enige hebben ze geen mogelijkheid gehad om afscheid te nemen van de fantastische tourleader van deze trip. Misschien moeten we dan maar een keer terug. En na een touch-down in Hurgada om pechvogels Irma en Erik in te laden is dat misschien ook wel een idee, want hier was het om 11.12 uur in ieder geval een beetje frisser dan daar, ook al neem je als laatste dag de koudste dag met 29 graden. Al met al was het een geslaagd statiebezoek.